24 mei 2012

Jonas en Peter....


zijn 2 leerkrachten in Nadowli, 40 km ten noorden van Wa. Jonas is een gepensioneerde leerkracht, die nog lesgeeft op een katholieke basisschool in het vak Religion. Peter is een jongeman, die sinds 2 jaar lesgeeft op een onderbouwafdeling van de middelbare school (Junior High School). Hij geeft vocational crafts,  en wel het onderdeel weaving. Van touwen maakt hij door een bepaalde wijze van knopen en door het gebruik van verschillende kleuren de mooiste stoelbekledingen. Voor de bezoekers van Ghana: de stoelen van KOSA en de stoelen van de ontvangstruimte van Sognaayilli.
Door onze collega Adrienne was ik gevraagd om eens met deze 2 leerkrachten te praten. Want ze hebben 1 overeenkomst: ze zijn blind. Stel het je maar voor. Je ogen dicht en voor de klas. Bij dat idee krijg ik het Spaans benauwd, als leerkracht heb je je ogen o zo nodig.             
Vorige week hebben we een gesprek gehad. Best lastig want Ghanezen zijn wat vormelijk, zeker in het begin. Blinde mensen zijn bovendien wat meer op zichzelf, altijd afwachtend. Ik had me wat voorbereid op wat tips in klassenmanagement en hoe zich te verzekeren van support van ziende leerlingen en collega’s. Maar hun vragen gingen vooral over leermiddelen. Allebei hebben ze geen braillepapier en een frame met pen om in Braille te schrijven. Jonas wil graag een bijbel. Nu werkt hij als volgt: zijn dochter leest voor uit de bijbel en hij schrijft het op in Braille op een frame dat telkens zinnen door elkaar laat lopen ( en dan kan een blinde er niets meer van maken, al die puntjes door elkaar). Wat een investering om een klein stukje bijbeltekst voor te kunnen lezen! Ook Peter beschikt niet over een tekstboek waarin de onderwerpen van zijn vak uiteengezet worden. Voor zijn vak heeft hij ook geen budget om materialen van te kopen!
Ismail, de leerkracht van de blinde studenten in Wa Senior High School, kan mij 2 pakken Braillepapier, 2 frames en 2 pennen (een soort prikpennen) verkopen. Die heb ik vandaag aan Jonas en Peter gegeven. Jonas als een kind zo blij. In een klein gesprekje vertrouwt hij me toe, dat hij verhalen gaat schrijven, hoe ontroerend. Ik vertel hen, dat we dit kunnen doen dankzij familie, vrienden en collega's. 
Peter geeft les terwijl er géén ziende klassenleerkracht aanwezig is, net als in ons voortgezet onderwijs: vakleerkrachten. Ik bied Peter aan om een les bij te wonen en er dan samen over te praten. Het  is een ervaring. Hij doet zo zijn best. Hij geeft weefinstructie aan een klein groepje van ongeveer 5 studenten, de rest, zo’n 35 leerlingen, wacht, sommigen maken huiswerk, sommige slapen, giechelen of kletsen zachtjes, een enkeling probeert de leerlingen te bewegen zich met respect op te stellen jegens hun leerkracht. Voor mij een positieve verrassing, maar het blijkt ook wel aan mijn aanwezigheid ( d.w.z. 1 paar ogen) te liggen. Vijf leerlingen verlaten het lokaal tegen de regels. 35 Kinderen zonder bezigheid, dat zou oorlog worden bij ons. Een keer komt een ziende collega controleren om  orde op zaken stellen. Toch wel mooi, want ondersteuning van collega’s is zo belangrijk.
Ik geef wat tips, maar er is geen pedagogische en didactische basis waar die tips op aansluiten, dus erg moeilijk voor Peter. We komen te spreken over meer kinderen bezighouden met werk. Maak kleine frames waar kinderen in kleine groepjes mee kunnen oefenen. Hij vindt het geweldig. Alleen deze keer laat ik ook wat meer initiatief bij hem zelf. Hij gaat naar de timmerman om af te spreken wat hij wil hebben en overlegt dan met mij. Mensen zijn hier soms ook wel gemakkelijk. De assistant headteacher heeft gezegd te pleiten voor een stukje budget voor Peter.
Ik ben ook nog bezig om een tekstboek Religion voor Primary school en een tekstboek vocational crafts voor JHS te bemachtigen. Ik kan het dan scannen en bewerken en met behulp van Ismail printen in Braille. Alweer zo’n klein projectje, waarin ons Fons toch weer iets groots heeft verricht.
(Niet vergeten, even op Floris klikken boven en dan vind je ook het webalbum Jonas en Peter.)

13 mei 2012

Jong geleerd, oud gedaan


Muziek en dans nemen een belangrijke plaats in in het leven van jong en oud in Ghana.
Naast de populaire gospel- en techno-muziek is er ook –gelukkig- traditionele muziek. Bij elke ceremonie hoort muziek en dans, ook bij begrafenissen. Het hele jaar door zijn er festivals waar traditionele muziek en dans te zien en te horen zijn. Zo hebben wij in oktober van het vorig jaar het Kobine festival in Lawra bezocht (al eerder over bericht). Het is een dankfeest voor een goede oogst. Twee weken geleden bezochten we het Bong Ngo festival in Jirapa. De aanleiding is de vrucht van de dawadawaboom. Deze vrucht wordt te vroeg geplukt en dan is de opbrengst lang niet zo groot. Na het festival is het verbod op het oogsten opgeheven. De vruchten worden gefermenteerd tot een soort kruidenmengsel voor soepen en sauzen. Op dit festival zien we verschillende dansgroepen. We zijn onder de indruk van een meidengroep, die om beurten een variatie laten zien in tweetallen.  Maar de traditionele dans met schelpen en bellen blijft fascinerend.
De  traditionele muziek wordt gespeeld op drums en een xylofoon. De xylofoon is een houten instrument met een aantal hardhouten staven. Er onder hangen kalebassen als klankversterkers. Het is zowel een percussie- als een melodisch instrument. Bas heeft een kleine xylofoon van Francis gekregen. Hij wil hem leren spelen op de xylofoon en in ruil daarvoor wil Bas Francis leren te werken op de computer. Goede deal!
De kinderen uit de buurt laten zien hoe muziek en dans in hun leven een rol speelt. Ze laten het graag zien als er publiek is. Ze hebben geen enkele terughoudendheid en dansen heel serieus. Een fimpje laat zien hoe kinderen van klein tot groot aan de overkant van een cafeetje duidelijk op ons ‘nasala’s = witten' gericht laten zien wat ze kunnen op de klanken van de moderne muziek van de spot (=cafeetje). Deze week oefent buurjongen Hamdan op onze xylofoon en hij vindt het geweldig. Feiza, Filemon en Theresa kleuren op dat moment, maar kunnen op de klanken van de xylofoon niet stilzitten en showen hun danstalent. Hoe vertederend! Geniet van het filmpje (klik op een van de filmpjes, dan op logootje van You-tube rechtsonder, dan boven het filmpje op BasvanPruijssen en dan zie je alle filmpjes van ons, bovenaan  het filmpje Jong geleerd, oud gedaan).!

7 mei 2012

Nood breekt wet

Van Diny en Wino hebben we het boek NOOD BREEKT WET gekregen, geschreven door David van Bodegom. Enkele jaren geleden heeft hij als  arts-onderzoeker in het Noord-Oosten van Ghana gewerkt en hij heeft zijn ervaringen verwerkt in een roman.
Een jonge tropenarts zet na negen jaar studie voor het eerst voet in een vergeten hoek van Afrika. Op tragikomische wijze laat de schrijver zien hoe mensen in extreme omstandigheden veranderen. Door de ogen van de jonge arts bezien ontmoeten we een tandarts die tussen de patiënten door zelf aan het lachgas lurkt, een pater die de hele dag video’s kijkt en een handelaar die zich naar lokaal gebruik twee vrouwen aanmeet. Maar ook in de tropenarts dringt Afrika steeds dieper door. In hoeverre blijven zijn geloof en idealen in stand als het leven blijkt te bestaan uit een aaneenschakeling van noodgevallen? Nood breekt wet is een indringende schets van het reilen en zeilen in een Afrikaans missieziekenhuis. Het is een overrompelend verhaal over de houdbaarheid van idealen onder veranderende omstandigheden.
Het boek is voor ons een feest van herkenning over hoe het in Ghana toegaat, van de plastic zakjes in het landschap, tot de gammele staat waarin de meeste auto’s verkeren, van leven bij de dag tot de rust van mooie momenten onder de boom. De houdbaarheid van idealen is een onderwerp wat ons raakt. Als arts zijn het vaak kwesties van leven en dood en die maken het wel schrijnend. Wat is een leven waard? Als ICT-er en schooljuf maak je ook heel wat schrijnende of ongelooflijke situaties mee, maar er is niet meteen een leven mee gemoeid. Het maakt dat we ons dagelijks afvragen hoe met bepaalde situaties om te gaan. We proberen er naar te kijken vanuit Ghanees perspectief. Onze eigen Nederlandse bril schiet hier schromelijk tekort en maakt ons ongelukkig. Dan is het leven hier moeilijk leefbaar.

Om een idee te geven een bloemlezing kleine gebeurtenissen van afgelopen weekend, die elke keer een beroep doen op: Wat moet ik hier mee? De eerste reactie zou kunnen zijn : Dat doe je toch niet, maar hier werkt dat anders.
- Bas heeft een afspraak gemaakt om vrijdag ICT boeken op te halen op een school, maar de teacher en de meeste leerlingen zijn er niet omdat ‘the rain has come”.
- Mijn afspraak op vrijdagmiddag om over de invulling van mijn werk te praten wordt een week verzet omdat de coördinator niet op komt dagen - blijkt een uur later - en deze week zijn de betrokkenen naar een workshop in Tamale.
- De bal lenen we voor de 2e keer in zijn leven uit aan de buurtkinderen om er mee te spelen. We horen dat ze veel plezier hebben. Uiteindelijk wordt de bal op onze veranda gelegd, lek. Ik doe de poort open en links om de hoek staan wel 15 kinderen van klein tot groot met vragende ogen te kijken. Tja, wat zeg je dan???
- Een van de kinderen die vaak komen tekenen en kleuren laat een vork met een blikje met eierschalen achter op onze veranda (=speelgoed). Ik vraag aan haar het mee te nemen en ze pakt het op en gooit het met vork en al in de struiken tegenover ons huis. Ik doe een poging uit te leggen dat we de wereld  schoon moeten houden, maar haar ogen zeggen me toch dat het hier anders werkt.
- De buurvrouw heeft 2 bloesjes voor me gemaakt, de eerste keer krijg ik het restant stof terug, de 2e keer niet. Zondagavond staat haar jongste zoon parmantig met een mooi bloesje (van mijn stof) voor haar huis. Zeg je er iets van (had het even gevraagd of….)? De mouwtjes zijn van een andere kleur, er was iets te weinig overgebleven.
- Op vrijdag is al ons geld op, geen enkele Cedi meer. De banken zijn "leeg" of de pinautomaten zijn kapot door de wisselende stroomsterkte. Gelukkig kunnen we op zaterdag aansluiten in een rij en geld pinnen met een VISA-kaart, wij hebben die keuze!
- Op de fiets in het donker en geen straatverlichting levert soms spannende situaties op zoals een geparkeerde motor net na de bocht , 2 meter van de kant in het pikkedonker. Gelukkig zijn we altijd bezig met rekening houden met onverwachte situaties…
- En nu ik dit schrijf is de stroom weer uit, het is tegenwoordig een dagelijks probleem. In Ghana maakt niemand zich daar druk over, accepteert het of zegt met een sip gezicht Tja, Ghana.

Een nieuwe jonge vrijwilliger op Child Support zei gisteren: Hoe komt het toch dat als hier een project is opgezet en het blijkt goed te werken, het vaak in elkaar stort als de mensen die het opgestart hebben weg zijn. Daar zit het grote probleem voor veel liefdadigheid-organisaties en funders (sustainability en accountability zijn veel gebezigde woorden) . Op de lange termijn is het rendement laag. Dat maakt ook dat we ons – bijna dagelijks – afvragen wat gaat dit opleveren? We weten het niet.
Nood breekt wet is een boek voor mensen die durven dromen. Soms tegen beter weten in. Zekerheden zijn er in dit opzicht niet. Het gaat dan ook niet om het resultaat. Het gaat om de weg die we gaan. En dat geldt niet alleen voor hier…..