Bas gaat op donderdagochtend
naar het O&A busstation om kaartjes te kopen voor de bus van zaterdag. Eerder
dan twee dagen vooraf kan niet, zeggen ze altijd. Toch zijn er geen kaartjes
meer en ook voor zondag is het nog niet zeker of er wel een bus beschikbaar is.
Bas moet een half uur wachten in een lange rij met studenten die terug moeten
naar hun universiteit in Wa. Iedereen wacht gelaten. Na een uur gaat Bas eens
informeren hoe het er voor staat? Gaat de kaartverkoop nog beginnen? Nee, kom
zondagochtend maar terug. Ik kom eens even naar binnen, zegt Bas die voor het
loket is blijven staan. Hij probeert in alle toonaarden te doorgronden wat hier
nu gaande is en waarom het gaat zoals het gaat, zelfs een fake telefoongesprek
komt er aan te pas. Het hoogst haalbare: Bas betaalt het geld voor de kaartjes vooraf
in ruil voor een soort van reservering en
moet zaterdagochtend terugbellen om te vragen of er dan misschien toch nog een
bus gaat op zondag. Op zaterdagochtend 7 uur wordt gezegd dat er om 9 uur
teruggebeld moet worden. Om 9 uur wordt eerst 4x niet opgenomen, maar
uiteindelijk wordt opgenomen: bel zondagochtend maar terug. Inmiddels hebben we
het wel gehad. We besluiten onze spullen in te pakken, naar het busstation te
gaan, ons geld terug te vragen en een kaartje voor de bus naar Kumasi te kopen,
als dat lukt.
Met een
lichte buikpijn komen we aan bij het loket. Bas krijgt meteen zijn geld terug
en de man regelt 3 kaartjes voor Kumasi. Een uur later, om half twaalf, zitten we in de bus en zijn op weg! De weg is
voor een deel nog steeds - al zolang als we hier zijn - ‘under construction’ en dat leidt tot deels langzaam
hobbelen over zandweg. Om half 6 komen we aan en hebben meteen een taxi naar
het Presbyterian Guesthouse. We vragen de taxichauffeur, die heel serieus
lijkt, of hij ons de volgende dag om 6 uur ’s ochtends op kan halen om een
trotro (klein busje) naar Wa te vinden. Afgesproken. Nog even telefoonnummers
uitwisselen, voor het geval… Het geval meldt zich om kwart voor een in de nacht,
als we net diep slapen. Het is moeilijk te volgen, maar Bas maakt er uit op dat
er een andere taxi zal komen. De rest van de nacht is het met slapen gedaan en
doen we alleen wat hazenslaapjes. En om 6 uur geen taxi!! Gelukkig vinden we
een oude krakende taxi die ons naar een busstation brengt waar er zowaar een
volwaardige touringcar staat met bestemming
Wa. Mooi!
Maar dan
begint er een circus zoals we nog nooit hebben meegemaakt. Er worden kaartjes
voor ons geregeld (hopen we), we moeten wachten. De laadruimte van de bus gaat
open en er komen 3 mannen uit (waar onder de chauffeur), die er de nacht hebben
doorgebracht. Er komen meer mensen die “iets”te zeggen lijken te hebben,
het is een gekrakeel van jewelste, een jonge man lijkt voortdurend ruzie te
maken, een vrouw wiens hoofddoek telkens afzakt loopt met geld te zwaaien, maar
wat haar rol is…. Een oude man probeert ons teveel te laten betalen voor de
bagage: 10 cedi. Voor onze 3 tassen is 6 cedi gangbaar, dus we betalen 6, dan
komt de boze jonge man erbij en wil ons nog 2 laten betalen. Uiteindelijk
blijft het bij 6 en verdwijnen onze tassen in de laadruimte. De kaartjes die we
hebben gekregen zien er oud uit, dus we zijn nog niet overtuigd dat we plaatsen
hebben. Op een of andere manier is er een ruilactie geweest met andere mensen,
want wij zitten voorin en we waren een van de laatste……Het klopt uiteindelijk wel
en als we zitten komt een hele bups studenten binnen die op plastic krukjes in
het gangpad worden gedropt. Propvol vertrekken we… naar het benzinestation. Daar
weer een heel gedoe met al die mensen die iets met de bus van doen hebben. Er
gaat weer allerlei geld over en weer, er is geen touw aan vast te knopen. Toch
op weg om half 9 om te stoppen voor een politieman die met geweer de veiligheid
in de bus komt waarborgen. Het duurt even voordat hij zit maar dan….. stoppen
we bij een winkel voor wat proviand of zo en we zijn weer een kwartier verder voordat
we Kumasi echt verlaten.
De chauffeur
praat de hele tijd, iedereen lacht en
wij vinden het jammer dat we niet weten waar het over gaat. Hij rijdt rustig en
dat is prettig. Na een lange reis naderen we Wa en de chauffeur begint af en
toe mensen uit te laten, die moeizaam langs het pad naar buiten kunnen, de
bagage moet worden gezocht in de laadruimte en telkens moeten we weer wachten.
Om 4 uur staan we in Wa bij de markt, nog 15 minuten lopen en dan
zijn we thuis. We worden begroet door 'alle' kinderen uit de buurt. Al die
stralende gezichtjes, hartverwarmend. Het huis is bedekt met een laag Harmatan-stof.
Meteen beginnen we met vegen, afstoffen en uitkloppen. Dan is er mede-volunteer
Bob die ons zo hartelijk begroet… Ja, we zijn echt thuis.
Hoi Bas en Jeannine,
BeantwoordenVerwijderenWij wensen jullie een gelukkig en gezond 2012.
Het is hartstikke leuk om jullie verhalen te lezen. Wat gaat de tijd snel; jullie zijn al bijna een jaar in Wa.
Groeten van Miriam en Peter (Eijsden)
Wa zeg je me nou!
BeantwoordenVerwijderen